In Bangladesh bestaat het dieet voor het grootste deel uit rijst en dhal (een soort linzensaus, dievaak vrij dun is en over de rijst wordt gegoten). Als ze voldoende inkomen hebben, eten de mensen ook vis, vlees en groente, maar al te vaak is dat niet het geval. Er zijn bij voorbeeld een aantal varianten van spinazie te koop, waaronder een rode, "lal shak". Tijdens Ramadan eten de mensen graag gefrituurd, vet en zoet voedsel. Gepofte rijst of "muri" wordt dan ook veel gegeten.
Bekende schotels zijn "bhaji" (gebakken groente met geelwortel), "jol" (groente met vis of vlees en een beetje olie), "kalia" (gematigd hete curry met vlees en soms aardappel), "korma (kurma))" (een niet hete curry met gember, kardemom en kaneel), "rezala" (lijkt op korma maar bevat ook amandelen en/of pistachenoten en saffraan), "pullao" (waarbij de rijst en de nadere ingrediënten eerst separaat worden klaargemaakt en daarna pas bij elkaar gedaan), "biryani" (rijst, vlees, groente, yogurt en kruiden, eerst gebakken en dan samen gekookt)  en "kichuri" (rijst gekookt met linzen, olie en kruiden).
Bangladesh is een rivierdelta en er wordt dan ook veel vis gegeten, zowel rivier- als zeevis. "Hilsa" is de meest populaire soort en wordt zowel gerookt als op andere manieren klaargemaakt. De meeste Bangladeshi (85%) zijn Moslim en eten dus geen varkensvlees. De Hindus en Christelijke Bangladeshi eten echter wel varkensvlees en soms zie je op het platteland kuddes kleine harige zwarte varkentjes, totaal anders dan de grote dikke roze kale Mederlandse varkens.
Banglashi eten lijkt op Indiaas en Nepalees eten. Curries zijn populair en het eten kan pittig zijn, maar niet heel erg pittig. Wel zijn veel gerechten geel, omdat geelwortel erg vaak gebruikt wordt, met name verse. Kardemom en verse koriander zijn ook populair.
Zoete melkspijzen worden ook vaak geserveerd. De Hindus eten die tijdens Puja festivals. Bijna elke regio heeft zijn eigen zoetigheid, rasmalai is bijvoorbeeld bekend uit Comilla, terwijl rasgolla (rasagolla) juist in Savar bekend is. Toen ik door Bangladesh reisde, was er altijd wel iemand die me meetroonde naar de zoetighedenwinkel uit zijn of haar geboorteplaats.
Er zijn nog meer regionale verschillen. In het zuiden wordt veel zeevis gegeten. Shutki, gedroogde visjes, worden geëxporteerd uit Chittagong. In Dhaka eet men graag gebakken rijst met vlees, en er zijn ook internationale restaurants, omdat de levensstandaard hier wat hoger is dan op het platteland. In de oude stad van Dhaka wordt biryani veel geserveerd. In the Noordelijke delen eet men rijst met riviervis, hoewel de heel armen daar soms alleen rijst hebben. Er wordt meestal met de handen gegeten, wat heel handig is met riviervis omdat je al die kleine graatjes er dan makkelijker "uitvist".

Reizen in Bangladesh